Pensioenontslag en opzegverbod bij ziekte

  • Geplaatst op: 4 maart 2025
  • Laatst aangepast op: 28 februari 2025

Kan een werkgever met een beroep op artikel 7:669 lid 4 BW (pensioenontslag) de arbeidsovereenkomst van een zieke werknemer beëindigen?

Delen:

Deel op Bluesky

In een zaak die speelde bij de rechtbank Limburg beroept een werkgeefster zich ten onrechte op artikel 7:669 lid 4 BW om de arbeidsovereenkomst van een arbeidsongeschikte werknemer die de AOW-gerechtigde leeftijd had bereikt op te zeggen zonder instemming van werknemer of toestemming van het UWV

Feiten

De werknemer in deze kwestie (ECLI:NL:RBLIM:2024:10114) trad op 11 januari 2023 in dienst bij de werkgeefster voor bepaalde tijd. Deze arbeidsovereenkomst werd op 9 januari 2024 met twaalf maanden verlengd. Gedurende de eerste arbeidsovereenkomst bereikte de werknemer de AOW-gerechtigde leeftijd. Op 4 juni 2024 meldde de werknemer zich ziek. De werkgeefster betaalde hem zes weken zijn loon door en stuurde toen een brief aan de werknemer om het dienstverband te beëindigen. De werknemer negeert deze brief en meldt zich op 17 september 2024 weer aan de poort van de werkgever om het werk te hervatten. Hij wordt niet toegelaten.
De werknemer laat het er niet bij zitten en schakelt de kantonrechter in om de opzegging te vernietigen en zijn loon doorbetaald te krijgen. De werkgeefster is evenwel van mening dat de arbeidsrelatie is gestart voordat werknemer de AOW-gerechtigde leeftijd had bereikt en dan ook zonder instemming van de werknemer of toestemming van het UWV de arbeidsovereenkomst rechtsgeldig kon opzeggen.

Oordeel 

De kantonrechter deelt echter niet de visie van de werkgeefster en vernietigt de opzegging. De werknemer had onder andere ook een beroep gedaan op het opzegverbod wegens ziekte, terwijl de werkgeefster zich had gericht op het pensioenontslag op grond van artikel 7:669 lid 4 BW wat het mogelijk maakt om de arbeidsovereenkomst op te zeggen in verband met of na het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd, mits de arbeidsovereenkomst is aangegaan vóór het bereiken van die leeftijd. In die situatie is het opzegverbod bij ziekte beperkt tot zes weken. En mits geen verband houdend met omstandigheden waarop dat opzegverbod betrekking heeft. De werknemer had namelijk gesteld dat hij wegens zijn ziekzijn ontslagen werd en de kantonrechter lijkt hem daar in ook te volgen. Wat sterker weegt is ook dat de werkgever op grond van artikel 7:669 lid 4 BW de arbeidsovereenkomst wegens het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd alleen kan opzeggen, als die arbeidsovereenkomst is ingegaan vóór het bereiken van die leeftijd. Dat was hier niet het geval. Waar de werkgeefster uitging van een doorlopende arbeidsovereenkomst oordeelde de kantonrechter, dat toen partijen de tweede arbeidsovereenkomst aangingen, op 9 januari 2024, de werknemer immers al 67 jaar was en dus de AOW-gerechtigde leeftijd al had bereikt.
Door de vernietiging van de opzegging blijft de tweede arbeidsovereenkomst in stand en heeft de werknemer recht op loon tot aan het moment waarop de arbeidsovereenkomst rechtsgeldig is geëindigd.
De kantonrechter kijkt dus niet naar een voortgezet dienstverband, maar beoordeelt ieder contract apart. 

Related Posts

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.