- Geplaatst op: 20 februari 2023
- Laatst aangepast op: 20 februari 2023
Hebben patiënten of hun nabestaanden recht op inzage in het interne incidentenregister van zorgaanbieders? Het antwoord: nee.
- Door Karina Rongen
Een meerderjarige man heeft zich in een ggz-instelling van het leven beroofd door zich in een douchecel te verhangen, waarna zijn ouders de ggz-instelling hebben verzocht om alle informatie over dit incident aan hen te verstrekken waaronder het zogeheten PRISMA-rapport. Dit is een rapport dat naar aanleiding van een incident wordt opgesteld in het kader van kwaliteitsbewaking.
Op grond van art. 9 Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) wordt door de zorgaanbieder een intern incidentenregister bijgehouden en daarin is het PRISMA-rapport opgenomen. In de uitspraak van de Hoge Raad van 10 februari 2023 (ECLI:NL:HR:2023:202) stond de vraag centraal of ouders op grond van art. 843a Rv recht hebben op inzage in een dergelijk rapport.
Zowel de rechtbank als het hof beantwoordden deze vraag ontkennend en wezen de vordering van de ouders af. De ouders stelden vervolgens beroep in cassatie in. De advocaat-generaal adviseerde de Hoge Raad om de uitspraak van het hof te vernietigen.
Oordeel Hoge Raad
De Hoge Raad overweegt desalniettemin dat een patiënt of nabestaande geen recht heeft op inzage in het interne incidentenregister van een zorgaanbieder, ook niet als sprake is van een calamiteit. Het register is immers bedoeld voor kwaliteitsverbetering in de zorg (‘leren van fouten’) en om de meldingsbereidheid onder zorgverleners te vergroten. Om die reden is door de wetgever bepaald dat intern gemelde incidenten, uitgezonderd die over een calamiteit of geweld in de zorgrelatie, niet als bewijs gebruikt mogen worden en evenmin een maatregel daarop kan worden gebaseerd (‘veilig incident melden’, art. 9 lid 6 Wkkgz). Die bescherming strekt zich uit tot analyserapporten naar aanleiding van een incident, zo blijkt uit de wetsgeschiedenis.
De Hoge Raad licht toe dat de uitzondering (calamiteit of geweld in de zorgrelatie) alleen betrekking heeft op het geval dat de zorgaanbieder (werkgever) of de IGJ maatregelen wil treffen tegen de zorgverlener. Anderen dan het Openbaar Ministerie, de IGJ en de zorgaanbieder hebben echter geen recht op inzage in het intern incidentenregister, ook niet als het gaat om gegevens met betrekking tot een calamiteit.
De patiënt of een nabestaande heeft daarentegen wel recht op informatie over de aard en toedracht van het incident (art. 10 lid 3 Wkkgz). Dit recht omvat echter niet het recht op informatie uit het interne incidentenregister, reden waarom de nabestaanden geen recht hebben op inzage in het PRISMA-rapport. De Hoge Raad volgt het advies van de advocaat-generaal dan ook niet en verwerpt het beroep van de ouders.