- Geplaatst op: 27 februari 2023
- Laatst aangepast op: 27 februari 2023
Babette Blaisse en Oscar van der Pol bespreken een Advies van de Commissie van Aanbestedingsexperts, waarin een duidelijk kader wordt gegeven voor de wijze waarop het afnemen van interviews met sleutelfunctionarissen deel kan uitmaken van de gunningssystematiek bij Europese aanbestedingsprocedures.
De Commissie van Aanbestedingsexperts (hierna: de Commissie) heeft een lezenswaardig Advies gewezen over het gebruik van interviews met sleutelfunctionarissen als gunningscriterium.
Het afnemen van interviews met sleutelfunctionarissen maakt bij Europese aanbestedingsprocedures geregeld onderdeel uit van de gunningssystematiek. Bij BVP-aanbestedingen (Best Value Procurement) gebeurt dat zelfs standaard. Dat gaat echter niet altijd goed. Indien in de aanbestedingsstukken niet op voldoende duidelijke wijze wordt vermeld wat er van de inschrijvers wordt verwacht en op welke wijze het interview meeweegt bij de beoordeling, is sprake van strijd met het transparantiebeginsel. Dat is ook het geval in de zaak waarover de Commissie te oordelen kreeg.
Het betreft de aanbesteding van een opdracht voor advies- en ingenieursdiensten ten behoeve van een dijk- en duinverbeteringsproject. Een van de inschrijvers dient een klacht in over de scoretoekenning op het onderdeel interview. De klager wijst erop dat in de aanbestedingsstukken staat dat het interview alleen kan dienen ter verificatie en verduidelijking van hetgeen is aangeboden. In dat licht is het wat klager betreft merkwaardig dat een concurrent tweemaal een tien heeft gekregen voor de interviews, terwijl voor de kwalitatieve subgunningscriteria beduidend lagere scores zijn ontvangen.
De Commissie oordeelt dat het beoordelingskader voor de interviews in strijd is met het transparantiebeginsel. Ter toelichting wijst de Commissie erop dat interviews of presentaties op twee manieren kunnen worden betrokken bij de gunning van een opdracht, namelijk als afhankelijke en/of als zelfstandige (sub)gunningscriteria. Indien sprake is van een afhankelijk gunningscriterium dan betekent dat dat de score voor het hoofdcriterium aan de hand van het afhankelijke criterium kan worden bijgesteld. Die bijstelling zal in de regel moeten plaatsvinden tot een zeker maximum van de oorspronkelijk gegeven score, omdat het afhankelijke gunningscriterium anders niet meer te zien is als ondergeschikt aan het hoofdcriterium en dus niet meer afhankelijk is te noemen.
Wanneer sprake is van een zelfstandig gunningscriterium, dan kan het criterium volledig onafhankelijk worden gescoord. Een combinatie van beide is wat de Commissie betreft ook mogelijk. Als maar op een duidelijke, precieze en ondubbelzinnige wijze blijkt op welke wijze de beoordelingssystematiek is vormgegeven, zodat alle behoorlijk geïnformeerde en normaal oplettende inschrijvers de juiste draagwijdte kunnen begrijpen en zij deze op dezelfde manier interpreteren.
Dat was bij de aanbesteding van het dijk- en duinverbeteringsproject niet het geval. Enerzijds wekt aanbesteder op verschillende plaatsen in de aanbestedingsleidraad de indruk dat het (sub)gunningscriterium ‘Interviews’ bij de beoordeling afhankelijk is van de overige kwalitatieve criteria. Maar anderzijds wekt aanbesteder, door een separate score toe te kennen aan de interviews, de suggestie dat sprake is van een zelfstandig beoordeeld (sub)gunningscriterium. Daardoor is onduidelijk aan de hand van welk beoordelingskader de score voor de interviews tot stand is gekomen en dat levert strijd op met het transparantiebeginsel.